Interview met Michel Bauwens

Het op productiviteit gerichte model heeft zijn tijd gehad. Michel Bauwens, onderzoeker en oprichter van de P2P Foundation stelt voor om een alternatieve weg in te slaan: die waarbij de economische actoren een transitie mogelijk maken die de mens en de natuur respecteert. We moeten daar dringend mee aan de slag, zoals ook het Brussels Gewest dat doet, voor het een kwestie van overleven wordt.

Waar staan we vandaag als we kijken naar de hulpbronnen?

Historisch gezien zijn er in de hele samenleving pieken en dalen. Maar vandaag is het probleem wereldwijd want we hebben de grenzen van de planeet overschreden: we zijn overgegaanvan overvloed naar een situatie waarin we het met minder moeten doen, of zelfs naar schaarste. Er komt dus eerherstel voor de ‘commons’, hulpbronnen die gemeenschappelijk beheerd worden.

Hoe kunnen we tegelijk lokaal en op wereldniveau in actie komen?

Tegenwoordig kun je eender welk probleem niet enkel op lokaal niveau of enkel wereldwijd oplossen. Je moet echt aan de twee samen denken: dat noem ik het ‘kosmolokale’ niveau, waar zij die lokaal werken peer-to-peer samenwerken rond gedeelde technische en wetenschappelijke kennis op wereldwijd niveau. Een lokale gemeenschap richt bijvoorbeeld een fabriek op om auto’s te vervaardigen. Die heeft alle plannen in digitale vorm en op vraag produceert ze lokaal met duurzame materialen. Alles wat ‘zwaar’ is, is met andere woorden lokaal, en alles wat ‘licht’ is wereldwijd en gedeeld. Wat de mate waarin gedeeld wordt betreft, kan het een common zijn die volledig openstaat voor iedereen (zoals opensourcesoftware) of het kan gaan om een verbond van coöperatieve verenigingen die besluiten om een bepaalde economische ontwikkeling onderling te delen.

Welke rol is er voor de staat weggelegd in die ‘kosmolokale’ economie?

Vergemakkelijken. Reglementeren. Voor dynamiek zorgen. Het neoliberalisme zet aan om kapitaal aan te trekken. In het model van ‘partnerstaat’ dat ik voorstel, stimuleert de partnerstaat de economische initiatieven die de maatschappij ten goede komen en die gebaseerd zijn op commons om kennis aan te trekken. De nieuwe visie is een common creëren, dus een gemeenschappelijk fonds waar iedereen gedeeltelijk van afhangt, met een concurrentie op basis daarvan. Er zijn dus mensen die het beter doen dan de rest, die productiever zijn, doeltreffender. Het is ‘handel’ die voorbij het kader van de handel gaat, een ‘ondergevende coalitie’, want dat soort markt heeft een regeneratieve functie ten opzichte van de commons.

Hoe kunnen we de economische actoren ervan bewust maken dat de hulpbronnen op geraken?

We moeten een bredere visie krijgen op de realiteit en de externaliteiten niet maskeren. De economische actoren met andere woorden verplichten om rekening te houden met hun maatschappelijke impact of om ‘holistisch’ of ‘integraal’ te worden.

En concreet?

Door alle verbanden zichtbaar te maken die de economische actoren verbinden met de maatschappij en de mensen die bijdragen tot hun succes. Dat kan door de impact in de kijker te zetten, door die ondernemingen die een betere impact hebben dan de andere meer te ondersteunen, of zelfs op te houden ondernemingen met een negatieve impact te ondersteunen, zoals de Brusselse strategie voor economische transitie op termijn voorstelt. Dan zitten we niet langer in een systeem van pure handel. Het zit vervat in een groter gemeen goed: de planeet en alle levende gemeenschappen die op de planeet wonen doen overleven.

De transitie betekent dus rekening houden met alle externaliteiten en niet alleen de puur financiële boekhouding?

Klopt. Vandaag heerst de orde van de koopwaar: je haalt er iets uit op zoek naar waarde, vervolgens belast je en herverdeel je. We moeten naar een bijdragesysteem gaan, waarin iedereen die bijdraagt een eerlijk deel van het verkregen resultaat ontvangt. Impact is de negatieve tegenhanger van de bijdrage (het positieve). Alleen maakt geld die hele impact en al die bijdragen, dus de negatieve en positieve externaliteiten, niet zichtbaar.

Wat stelt u voor?

Als we er van tevoren aan denken de hulpbronnen op een slimme manier te delen, krijgen we een beschermende regeling die daarbinnen tegelijk enorm veel vrijheid biedt. Als we dat niet doen zal rantsoenering de enige oplossing zijn om te overleven.

U pleit voor een vorm van radicale bewustmaking voor de planetaire grenzen?

We zullen gewoonweg niet langer de vrijheid hebben om de planeet te vernietigen! Vandaag zijn we blij als we het qua duurzaamheid beter doen dan voordien. Maar dat betekent in feite een trage achteruitgang. Het is dus niet voldoende. We moeten van een relatieve vooruitgang naar een absolute vooruitgang.

Hebt u er een goed oog in?

Het is een echt probleem aangezien beschaving betekent dat je gaat accumuleren. Alleen de jagers-verzamelaars deden dat niet omdat ze zich verplaatsten en alles moesten meenemen. We hebben iets volledig nieuws nodig, een soort samenvoeging van de twee. Ik weet dat heel veel mensen overal te wereld klaarstaan. Er is een enorme collectieve intelligentie. Spijtig genoeg toont de geschiedenis dat de kosten van de fout eerst te hoog moeten zijn voor de mensen besluiten om het anders te gaan doen. Als je aanneemt dat de mensheid niet suïcidaal is en we genoeg mensen zullen hebben die willen leven en kinderen willen krijgen, geraken we eruit. Maar dat wil zeggen dat we het proces nu moeten stopzetten voor het een kwestie wordt van overleven.