De economische transitie, een dwingende noodzaak

Waarom is de economische transitie vandaag nodig? Klimaatverandering, werkloosheid en groeiende ongelijkheid, kwetsbare bevoorradingsketens en afhankelijkheid van grondstoffen zijn grote uitdagingen voor de Brusselse grootstad, voor België en voor Europa. Het antwoord op die vele uitdagingen kan alleen maar systemisch zijn: het economische, sociale, ecologische en werkgelegenheidsbeleid moeten samenkomen.  

De verschillende recente crisissen, waarbij het draaide rond gezondheid, economie, energie of klimaat enz., tonen aan hoe hard het nodig is om de economie veerkrachtiger te maken.

De economie opnieuw lokaler maken

Lokaal produceren of transformeren is een politieke prioriteit geworden. Het draait erom de afhankelijkheid van essentiële goederen te verminderen door de productie ervan ter plaatse te controleren, zonder afhankelijk te zijn van lange toeleveringsketens. De tekorten aan onderdelen op wereldwijde schaal zijn niet meer bij te houden terwijl de maatschappij in haar geheel tegelijkertijd nog nooit zoveel afval heeft geproduceerd. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest brengt elk jaar bijvoorbeeld 2 miljoen ton professioneel afval voort waarvan een derde van de bouwsector afkomstig is.

Met de spectaculaire stijging van de energieprijzen is de voornaamste productiekost van ondernemingen de prijs van geïmporteerde producten en specifiek van grondstoffen. Die opwaartse trend ondermijnt het concurrentievermogen van de ondernemingen. Besparen op grondstoffen is vandaag dus een cruciale uitdaging.

Koolstofneutraliteit

Parallel daarmee raakt het klimaat ontregeld en elke dag die voorbijgaat toont de noodzaak aan om in actie te komen, iets waar alle IPCC-rapporten systematisch op wijzen. De drastische vermindering van de uitstoot van broeikasgassen is niet langer een utopie: in 2050 zal koolstofneutraliteit de norm zijn. De Europese Unie heeft zich daartoe verbonden in het kader van het akkoord van Parijs over het klimaat. Alle sectoren van de economie proberen al om hun koolstofbalans en hun blootstelling aan het klimaatrisico te beperken.

Sociale ongelijkheden

Vanuit sociaal oogpunt blijft het aantal burgers dat uitgesloten wordt toenemen. De groeiende onzekerheid verzwakt de sociale band en erodeert het ‘samenleven’. De toegang tot basisproducten en -diensten is nog niet algemeen genoeg verspreid want ongelijk verdeeld over de bevolking. Bijna een derde van de Brusselaars loopt immers het risico in armoede te belanden en het werkloosheidspercentage bedraagt 13% terwijl het Gewest de hoogste inkomens per inwoner van het land heeft. In die context is het van cruciaal belang om ons in te zetten voor de ontwikkeling van een inclusiever Gewest, dat voorziet in kwaliteitsvolle werkgelegenheid voor de Brusselaars en waarin iedereen een plaats heeft.

Stedelijke uitdagingen

Tot slot is het in een stedelijke omgeving dat een nieuw ontwikkelingsmodel tot stand moet komen, want meer dan de helft van de wereldbevolking woont in de stad: in 2050 zal 66% van de bewoners van de planeet een stadsbewoner zijn. Een dergelijke koerswijziging, op de schaal van een stedelijke gemeenschap, is dus van strategisch belang. Want het is ook in de steden dat de grootste moeilijkheden uitvergroot worden. Het Brussels Gewest bijvoorbeeld is een paradox: Enerzijds is het het grootste economische centrum van België en vertegenwoordigt het een belangrijke voorraad aan beschikbare arbeidskrachten. Anderzijds is het het Gewest met het hoogste armoedepercentage van het land.

Steden zijn een plek van uitdagingen en opportuniteiten, want vooral binnen dit stedelijk weefsel ontstaan innovaties. Hier is voor Brussel een voorbeeldrol weggelegd.

Shifting Economy biedt zo een referentiekader dat economische dynamiek in verband brengt met sociale rechtvaardigheid en de bescherming van het milieu, en het stimuleert daarbij de ontplooiing van de burgers. Met deze geïntegreerde aanpak blijft de Brusselse economie binnen de grenzen die het kwetsbare evenwicht van onze planeet niet langer verstoren.