In een traditioneel economisch model worden hulpbronnen doorgaans beheerd door de private markt of de overheid. Er bestaat echter een derde weg: die van democratische participatie en collectief beheer via commons. Maar wat zijn commons precies?
Wat is een “common”?
Een common is een gedeelde hulpbron, zoals een stukje land, kennis, of een gebruiksvoorwerp, die wordt beheerd door een gemeenschap. In plaats van dat één persoon of bedrijf de baas is, beslissen de deelnemers samen hoe ze het gebruiken en beschermen. De regels worden door de gemeenschap zelf opgesteld en zorgen ervoor dat iedereen eerlijk toegang heeft en dat de hulpbron duurzaam blijft bestaan.
In Brussel zijn er tal van voorbeelden van “commons”, denk maar aan de gereedschappenbibliotheek van Tournevie, de coöperatieve supermarkt BEES Coop, of Le Jardin Majorelle waar buurtbewoners samenkomen om te tuinieren. Ook Micro Factory is een mooi voorbeeld van een common.
Commons in de praktijk: het voorbeeld van Micro Factory
Micro Factory, gevestigd in Circularium in Anderlecht, is een gedeelde werkplek waar makers toegang hebben tot machines en werkruimte. Zowel professionele ambachtslieden als hobbyisten komen er samen om meubels te maken, textiel te bedrukken, metaal te bewerken, enzovoort. Door machines gezamenlijk aan te kopen en met elkaar te delen, vallen de investeringskosten lager uit voor de makers. Daarnaast is het ook een plek voor samenwerking en kennisdeling, bijvoorbeeld via cursussen die worden georganiseerd over het gebruik van de machines.
Wat Micro Factory tot een echte common maakt, is haar democratische governance. De leden bepalen gezamenlijk de regels en verantwoordelijkheden. Zo moet elk lid minimaal een bepaalde tijd investeren in de gemeenschap. Met inmiddels meer dan 100 actieve leden en 10 jaar op de teller, is Micro Factory een succesvol voorbeeld van gemeenschapsbeheer.
Dragen commons ook bij aan ecologische duurzaamheid?
Absoluut. Door het delen van ruimte en machines wordt de gezamenlijke ecologische voetafdruk aanzienlijk verkleind. Volgens een recente studie over Brusselse commons, zou er naar schatting minstens 700 ton CO2 extra zijn uitgestoten als elke maker van de Micro Factory zijn/haar eigen gereedschap had moeten kopen. Dit is gelijk aan 200 vluchten van Parijs naar New York en terug.
Dankzij hun milieuvriendelijke manier van werken hebben fablabs zoals Micro Factory vaak baat bij de inclusie van duurzaamheidscriteria in overheidsopdrachten. Overheidsopdrachten zijn dan ook een belangrijke hefboom voor duurzame en inclusieve projecten zoals Micro Factory en vele anderen.
Meer weten?
Wil je graag meer weten over de “commons” in Brussel en hoe we ze verder kunnen ondersteunen? Lees dan de volledige studie via volgende link: https://economie-werk.brussels/shifting-commons.